Dit was ooit sociale woningbouw / woonblok ‘Het Schip’ van Michiel de Klerk

Het moeilijk te begrijpen dat woonblok ‘Het Schip’ (1921)  van Amsterdamse School architect Michel de Kerk (1884-1923) is ontworpen voor gewone arbeiders. In de weelderige vormenrijkdom en zorgvuldige detaillering lijken kosten noch moeite gespaard om het gebouw het uiterlijk van een paleis te geven. En dat direct na de 19e eeuw, die werd gekenmerkt door grote misstanden in arbeidershuisvesting. Zelfs anno 2013 steekt de gemiddelde sociale woningbouw wat sober af tegen de grandeur van ‘Het Schip’. Hoe kan het dat zoiets bijzonders voor de gewone, arme man werd ontworpen en gebouwd? Kunnen we er in een tijd dat krappe budgetten gemeengoed zijn in de sociale woningbouw iets van leren?

IMG_1691  IMG_1710a    IMG_1714

Hoe was het ook alweer gesteld met de arbeidershuisvesting in de 19e eeuw?  -In één woord: slecht.  Omdat de overheid op tal van gebieden een laissez-faire politiek voerde en ook de woningmarkt zo veel mogelijk op zijn beloop liet, werden woningen voornamelijk gebouwd door winstbeluste ondernemers die het niet zo hoog op hadden met de wooncondities. Michel de Klerk heeft deze misstanden aan den lijve ondervonden. Geboren in 1884, als 25ste (!) zoon van een 78-jarige diamantslijper, wees geworden op zijn 9e en vanaf dat moment verhuizend van adres naar adres, werd zijn jeugd getekend door armoede, onzekerheid en slechte huisvesting.

IMG_1721 IMG_1717 IMG_1724

Woningwet

Rond de eeuwwisseling bleek de landelijke politiek niet langer ongevoelig voor de slechte woonomstandigheden in arbeidersbuurten. In het parlement werd een woningwet aangenomen, die vanaf 1 augustus 1902 van kracht werd. De wet bevatte regels waaraan huizen voor arbeiders moesten voldoen, ze verplichtten gemeenten om uitbreidingsgebieden voor nieuwe woonwijken aan te wijzen en ze maakte een financieringsconstructie mogelijk waardoor ook ideële verenigingen zonder eigen kapitaal huizen konden ontwikkelen.

Deze woonwet zette de bouwpraktijk op de kop. Niet alleen was er opeens veel meer ruimte en kapitaal voorhanden om in de grote vraag naar woningen te voldoen, het betekende tevens dat ook ideële woonverenigingen zich als opdrachtgever gingen manifesteren. Er brak aldus een periode aan van grote productie, met idealistische opdrachtgevers én een nieuw set regels waaraan een woning moest voldoen. Het moet bijzonder spannend zijn geweest om in de eerste decennia na inwerkingtreding van de woningwet architect te zijn….

De Klerk

De Klerk maakte deze omslag in de bouwpraktijk van dichtbij mee. Zijn tekentalent werd al vroeg ontdekt door architect Eduard Cuijpers,  (neef van de fameuze Pierre Cuijpers) die een succesvol bureau had voor toepaste kunst en architectuur. Cuijpers ontpopte zich als een vaderfiguur voor De Klerk: hij stuurde de jongeling naar de opleiding tot bouwkundig tekenaar en nam hem op 14-jarige leeftijd in dienst als tekenhulp.

De 16 jaar dat de Klerk vervolgens op het bureau van Cuijpers werkte waren beslissend voor zijn verdere carrière. Ten eerste ontwikkelde de Klerk zichzelf van tekenaar tot bouwtechnisch onderlegd architect, daarnaast leerde hij collega’s Piet Kramer en Jurgen van der Meij kennen -waarmee hij later de groep vaandeldragers van de ‘Amsterdamse School’ zou vormen- en ten slotte trouwde hij met bureausecretaresse Lea Jessurum. Na de periode bij Cuijpers was zijn talent gerijpt, had hij een breed netwerk en een levenspartner, terwijl ondertussen de markt schreeuwde om ontwerpen voor nieuwe woongebouwen. Je kan je een slechtere start als zelfstandig architect voorstellen.

In de realisatie van zijn eerste opdrachten als zelfstandig architect –voornamelijk woonblokken- is een ontwikkeling af te lezen van het traditionalisme, dat hij gewend was om bij Cuijpers toe te passen, richting een meer vrije, eigentijdse stijl. Deze zoektocht naar een nieuwe stijl, doormaakten veel architecten aan het begin van de 20ste eeuw. Technische en sociale ontwikkelingen hadden de 20ste eeuw daadwerkelijk anders gemaakt dan voorgaande eeuwen. Men had nieuwe, grotere gebouwen nodig, vaak voor nieuwe functies (zoals stations, warenhuizen, fabrieken en woningwetwoningen). Welke vorm moesten deze gebouwen krijgen? Was deze gelijk aan datgene dat men kende uit het verleden of moest de vorm de nieuwe tijd weerspiegelen?

IMG_1687   IMG_1716

de Amsterdamse School

–De stijl die Michel de Klerk samen met zijn vakbroeders Piet Kramer en Jurgen van der Meij ontwikkelde, was onmiskenbaar een tussenstijl tussen het traditionalisme van hun oude werkgever Eduard Cuijpers en het radicaal moderne van ‘de Stijl’ en de Nieuwe Zakelijkheid. De architecten pasten traditionele bouwmaterialen als baksteen, dakpannen en houten kozijnen toe en bovendien stond de uitstraling van de gevel los van de functie van het gebouw, zoals wel vaker bij het werk van traditionalistische architecten. Maar tegelijk gebruikten de architecten nadrukkelijk geen referenties naar historische voorbeelden, zoals Modernistische tijdgenoten ook niet deden.

Bij deze ‘Amsterdamse School’ architectuur, zoals zij later genoemd werd, (Amsterdams omdat de belangrijkste vertegenwoordigers in eerste instantie alleen in deze stad actief waren) gingen traditionele bouwmethoden samen met eigentijdse vormgeving, met recht een tussenstroming.

IMG_1726 CIMG0846

De Klerk kreeg ten slotte drie opeenvolgende opdrachten voor woongebouwen in een van de nieuwe uitleggebieden van Amsterdam, de Spaarndammerbuurt. Eerst bouwde hij twee woonblokken voor een private opdrachtgever. Deze blokken hebben nog een relatief sobere uitstraling. Pas bij het derde blok, waarvan het opdrachtgeverschap halverwege het proces overgenomen werd door de ideële woningbouwvereniging ‘Eigen Haard’, kwam de expressieve stijl van de Klerk tot volle wasdom.

De ideologie van ‘Eigen Haard’ om met woningbouw de arbeidersklasse te verheffen en het kapitaal waarvoor de overheid zich garant zette, gaf de Klerk de middelen én de overtuiging om iets moois te maken. Gesteld kan worden dat aan de bijzondere kwaliteit van ‘Het Schip’ een unieke combinatie van beschikbare middelen, ideologie, uitzonderlijk bouwkundig tekentalent en juiste regelgeving ten grondslag ligt.

IMG_1694 IMG_1692

Kritiek

Kritiek van vakgenoten was dat ‘Het Schip’ dan wel de uiterlijke expressie heeft van een bijzonder gebouw, maar dat achter de veelvormigheid van het exterieur telkens weer dezelfde standaardplattegrond zit. Voor echte innovaties van de woningplattegrond, zoals bij zijn tijdgenoten van de Nieuwe Zakelijkheid hoef je ‘Het Schip’ niet te analyseren. Terwijl juist de winst van de woningwet was dat architecten zich weer met het interieur konden gaan bemoeien.

‘Het Schip’ is aldus voornamelijk een expressie van een nieuwe tijdsgeest, zonder zelf helemaal ‘nieuw’ te zijn. Het visuele ging aan werkelijke, inhoudelijke innovatie vooraf. Onderschat niet de waarde van dit soort gebouwen. ‘Het Schip’ was een baken van uiterlijke kwaliteit waarnaar elke arbeiderswoningbouwer kon refereren. En dát is wat we anno 2013 met de huidige sociale woningbouw nog steeds kunnen doen….

Pepijn Bakker, oktober 2013

Volg hier de tweewekelijkse update van dit blog op twitter.

Klik hier voor meer woningbouwprojecten, hier voor projecten in Amsterdam en hier voor meer projecten uit de jaren ’20.

—————————————-

Pepijn Bakker (1981) is regiocoördinator West van de Bond Nederlandse Architecten (BNA) en gastdocent bij masterproject ‘Studio Amsterdam’, faculty of architecture, TU Delft. Voorheen werkte hij onder andere bij architectenbureaus Koen van Velsen en MVRDV en was hij betrokken bij diverse onderzoeksprojecten, onder andere naar de ruimtelijke effecten van bevolkingskrimp. Klik hier voor meer informatie.

Deze weblog biedt een overzicht van Nederlandse architectuur en planning van de laatste 100 jaar. Het doel is het overbruggen van de kloof tussen hoe architecten en stedenbouwers enerzijds en het grote publiek anderzijds over de gebouwde omgeving praten en schrijven. Door architectuur vanuit de discipline voor een groot publiek te beschrijven, wordt bijgedragen aan een beter begrip over en weer en worden de architectuur- en stedenbouwpraktijk opnieuw als maatschappelijke disciplines gepositioneerd. Klik hier voor een uitgebreidere motivatie.

5 thoughts on “Dit was ooit sociale woningbouw / woonblok ‘Het Schip’ van Michiel de Klerk

  1. Reactie via Linkedin: We kunnen er in ieder geval van leren dat het visueel duurzaam is. Kenmerken zoals kwaliteit en gericht op de menselijke waardigheid. Misschien dat we sociale woningbouw moeten herdefiniëren. -Marijke van Loon

  2. Ik doe mijn profielwerkstuk over de Amsterdamse School en haar rol in de sociale woningbouw. Zeer interessant, kan ik u vertellen! En meneer Olykan, ik kan u aanraden om een rondleiding van museum Het Schip te doen, hierbij kunt u ook een modelwoning van de Amsterdamse School bezichtigen: eveneens prachtig!

  3. Pingback: Expert meeting Unesco kandidaat - WOORDKRACHT 10 - van tekst naar zeggingskracht

  4. Pingback: Expert meeting Unesco kandidaat | Woordkracht 10

Geef een reactie op pepijnbakker Reactie annuleren